De Stichting Sierk Schröder is de auteursrechthebbende op alle kunstwerken van Sierk Schröder

Home | Tekenlessen Sierk Schröder

Tekenlessen

Tekenlessen Sierk Schröder

Lessen in anatomie van de menselijke figuur, door Sierk Schröder, Ars, Leiden

Lessen in anatomie van de menselijke figuur, door Sierk Schröder gegeven in Ars, in 1977 (Ars Aemula Leiden) Serie van 8 lessen (als voorbereiding op de lessen uitgeschreven door Sierk Schröder - met voorbeeldtekeningen - en door de Stichting Sierk Schröder uitgetypt)

Terug naar les 5

ZESDE LES. Handen en voeten

6de les
Vanavond zullen we handen en voeten behandelen. Deze toch zo karaktervolle lichaamsdelen worden bij de meeste naaktstudies wel heel stiefmoederlijk behandeld. Meestal houdt men daar maar op. Wat in tegenstelling is tot dat wat ik u voortdurend op het hart gedrukt heb: de lijnen van de figuur zo lang mogelijk dóór te trekken, dus tot de top van de wijsvinger, duim of pink en tot de top van de grote teen. Het is steeds weer: altijd het geheel zien – geen enkel detail, zonder het totale beeld uit het oog te verliezen. Zo begint dan ook onze studie van de hand (als onderdeel) bij de arm en het polsgewricht.

Beginnen bij de lijnen waar de beweging van de hand vandaan komt.
Hetzelfde geldt voor de voet. De zwaai van het scheenbeen doortrekken tot de grote teen.

Pols en enkelgewricht zijn de uitgangspunten. Maar we zullen daar niet te lang bij stilstaan en liever enkele punten noemen, die tot een verbetering [moeilijk leesbaar, ndr] van het begrip hand + voet kunnen leiden. Het eerste waar ik op wijzen wil, is het apart staan van de duim en in mindere mate van de grote teen. Dat vormt vaak ons uitgangspunt. Tegenover de doosvorm van het lichaam van de hand staat de muis van de duim.

Hierop aansluitend zou ik graag meteen de vorm van de duim en grote teen willen behandelen.

Op de moeilijkheid duim en vingers niet als een soort kromme haken te tekenen, maar ze werkelijk te laten buigen, kom ik later terug.
Eerst nu: de totale vorm van de hand.
Het handlichaam is een platte doos -

Aan die doos zitten twee andere dozen – ieder bestaande uit 4 parallel lopende doosjes, die elk weer apart geleed zijn.

Belangrijk – een punt waaruit men direct kan zien of iemand iets van een hand begrijpt, is de totale vorm bij gebogen en gestrekte hand.

convergeren
Buig de hand:
de vingers wijzen naar elkaar toe en zijn niet van één te krijgen;
strek de hand en de vingers kunnen uit elkaar.

Er zijn natuurlijk nog talloze andere facetten bij het beschouwen van de gecompliceerde vorm van een hand, maar gezien de heel korte tijd, vertel ik liever nog iets over de voet.
Het heeft zin handen- en voetenstudies samen te doen. Zoals de hand komt uit het polsgewricht, zo komt de voet uit het enkelgewricht. Het is goed zich rekenschap te geven van de boog, die dit gewricht vormt.

buitenenkel is lager dan de binnen-enkel; daardoor ontstaat een schuine stand van het enkelgewricht.
___________

Overeenkomst duim en grote teen, pink en kleine teen – deze ligt op het kussen van de muis van de kleine teen -
De voet van achteren wordt beheerst door de achillespees en de hiel.

Laten we nu eens een aantal schetsen maken van handen en voeten. Denk eraan: beginnen met de arm en de pols! En richting been en enkelgewricht.

I = binnen-enkel o = hoger io = vivat

Verder naar tekenles 7

© Uit het archief van de Stichting Sierk Schröder – www.sierkschroeder.com
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door print-outs, kopieën, of op welke manier dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de Stichting Sierk Schröder.
Voor schriftelijke toestemming kunt u contact opnemen met de Stichting Sierk Schröder.